Op weg naar de markthal werden we aangesproken door een man, een keurig vriendelijk persoon. Hij wilde ons met zijn auto naar de Olifanten, longnecks, krokodillen, slangen enz brengen. Alles voor een bepaalde prijs. Wij kozen de Olifanten, longnecks en de Wat Phrathat Doi Suthep tempel uit, hoog boven ChiangMai. We maakten een prijs af van 600 Baht voor bijna een hele dag. Hij wilde 100 Baht vooruit hebben. " Nee, zei ik tegen hem, als ik met je afspreek, houd ik me aan mn woord". "100 percent sure". "Yes 200 % sure",antwoordde ik. Om 9 uur zou hij ons bij het guesthouse komen ophalen. Hij gaf me zijn kaartje en stelde zich voor als Mr. Charlie Guide Tour & Travel.
Dinsdagmorgen was hij al om half negen bij de receptie om Mr. and Mrs Lutens te komen ophalen. Onze echte naam was te moeilijk voor hem. Een telefoontje op de kamer bracht ons op de hoogte dat hij stond te wachten. Om negen uur vertrokken we naar het Maetamann Rafting & Elephant Camp, vanuit ChiangMai in zuidoostelijke richting. Het was een lange warme rit. Charlie, de driver wilde van alles van ons weten. Ook noemde hij en passant onze bekende voetballers. Hij wist ook dat we veel water in ons land hebben. En maakte een vergelijking tussen het teveel aan water hier en in Bangkok van de laatste periode. "Jullie hebben dijken en wij niet". zei hij nog. De rit vlotte goed. Buiten Chiang Mai is landbouw gebied en er zijn bossen. Mooi. Charlie wees ons op de bossen met teakbomen, jonge aanplant en oudere bomen. We zagen rijstvelden, stukken grond met lenteuitjes en andere gewassen. Heel veel bananen bomen langs de weg. We gingen dieper en dieper de jungle in en plotseling stonden we er: Het Thai Elephant Concervation Center. Een gebied van 122 ha waar diverse shows met olifanten worden gegeven. Er zijn verschillende mogelijkheden met diverse prijskaartjes om je er te vermaken. Wij kozen voor een show waar getoond werd hoe dit enorme krachtige dier gebruikt wordt in de binnenlanden van Thailand en geheel Azie als een soort werkpaard en lastdier. Een ritje op z'on viervoeter door de rivier wilde het vrouwtje niet, beetje eng! Ook rafting op een bamboevlot leek ons geen goed idee. We hebben van dichtbij en dan bedoelen we heel dichtbij de olifanten mogen bewonderen. Wat zijn deze dieren CLEVER, ze kunnen van alles, zelfs muziekmaken en schilderen. Bewonderenswaardig. Na de show konden we tussen de grote beesten in lopen, we voelden hier en daar een aai met de natte slurf. Geweldig.
Na de olifanten bekeken te hebben, zijn we richting uitgang gelopen. Overal om ons heen exotische planten. We liepen pal naast de rivier. Prachtige uitzichten op ons netvlies. Onvergetelijk mooi. De olifanten sjokten onder begeleiding van een verzorger door het water met touristen in kleine houten bakjes op hun rug. Ook dreven er tal van bamboehouten vlots met de stroom mee, waarop mensen hadden plaatsgenomen. Dicht bij de uitgang werden we staande gehouden door een vriendelijke westerse dame.Ze beheerde een prachtige shop met een keur aan gekleurde olifanten ontworpen door kunstenaars.Het overgrote deel van de verkoopopbrengst wordt gedoneerd om de olifanten-populatie in stand te houden. Ook wordt de verzoring van zieke dieren uit de opbrenst bekostigd. Zie de website:www.colourfac.com Op deze site lees je meer over de achtergrond van dit nobele gebaar.
Charlie de driver stond ons op te wachten. Het was warm. De lucht trilde boven de parking. Nu stond een bezoek aan de zg. Longnecks op het programma, een inheems bergvolk, waarvan de vrouwen lopen met koperen ringen om de nek, waardoor dit lichaamsdeel langer wordt. Door het gewicht van de ringen worden de sleutelbeenderen naar beneden gedrukt en naar gelang het aantal ringen wordt de kaak omhoog geperst.
Eigenlijk een beetje bizar. Zelfs de kleine meisjes hebben ringen om de nek.Na weer een flinke rit arriveerden we op de plak waar deze mensen wonen. Aan weerszijden van het weggetje door het dorpje bamboe optrekjes waar ze wonen en hun waren aan de man proberen te brengen. Zelfs de kleine meisjes doen mee. Ze hebben hun mooiste kleren aan en zijn helemaal opgemaakt. Schattig zien ze eruit. Je mag foto's maken, ze poseren echt voor je, glimlachen, maar ze verwachten wel een paar Bahts te krijgen. De naam van het dorpje is Maerim. De volwassen vrouwen weven ter plekke prachtige sjaals en kleden. Mannen zie je niet. Ook ontdekten we wat hoger op de berg enkele typische woonverblijven.
Het laatste deel van onze trip ging naar de Wat Phra That Doi Suthep. Deze tempel ligt hoog boven op de Doi Suthep, een berg van 1676 meter hoog. De weg er naar toe slingert via steile haarspeldbochten over de flanken van dit gebergte. Charlie, de driver moest flink schakelen om de wagen naar boven te krijgen. De tempel is in 1383 ingewijd. Als je via de lift boven komt weet je echt niet wat je ziet. Een bouwwerk zo mooi, zo zuiver, met verschillende buddha figuren in diverse houdingen. Je weet niet wat je overkomt. Voor het betreden van het allerheiligste moet je de schoenen uitdoen. Hier raak je bijna in devotie. Monniken in oranje gewaden, wierook, beeldjes, lotusbloemen. Biddende mensen met de lotusbloemen in de handen die ze daarna offeren. Het is bijna niet te omschrijven wat je op dat moment voelt. Na ruim een uur zijn we de 365 tellende treden van de trap naar beneden gelopen. Als je de trap in beide richtingen doet brengt dat volgens de overlevering geluk. Maar dit hadden wij reeds bekomen bij de Lucky Buhda in Bangkok.
Om half vier waren we in Awana-House terug......keimoe maar voldaan.
Zie een aardig You Tube filmpje van Chiang Mai op deze link.
http://www.thailandblog.nl/thailand-video/charming-chiang-mai-video/
Na de olifanten bekeken te hebben, zijn we richting uitgang gelopen. Overal om ons heen exotische planten. We liepen pal naast de rivier. Prachtige uitzichten op ons netvlies. Onvergetelijk mooi. De olifanten sjokten onder begeleiding van een verzorger door het water met touristen in kleine houten bakjes op hun rug. Ook dreven er tal van bamboehouten vlots met de stroom mee, waarop mensen hadden plaatsgenomen. Dicht bij de uitgang werden we staande gehouden door een vriendelijke westerse dame.Ze beheerde een prachtige shop met een keur aan gekleurde olifanten ontworpen door kunstenaars.Het overgrote deel van de verkoopopbrengst wordt gedoneerd om de olifanten-populatie in stand te houden. Ook wordt de verzoring van zieke dieren uit de opbrenst bekostigd. Zie de website:www.colourfac.com Op deze site lees je meer over de achtergrond van dit nobele gebaar.
Charlie de driver stond ons op te wachten. Het was warm. De lucht trilde boven de parking. Nu stond een bezoek aan de zg. Longnecks op het programma, een inheems bergvolk, waarvan de vrouwen lopen met koperen ringen om de nek, waardoor dit lichaamsdeel langer wordt. Door het gewicht van de ringen worden de sleutelbeenderen naar beneden gedrukt en naar gelang het aantal ringen wordt de kaak omhoog geperst.
Eigenlijk een beetje bizar. Zelfs de kleine meisjes hebben ringen om de nek.Na weer een flinke rit arriveerden we op de plak waar deze mensen wonen. Aan weerszijden van het weggetje door het dorpje bamboe optrekjes waar ze wonen en hun waren aan de man proberen te brengen. Zelfs de kleine meisjes doen mee. Ze hebben hun mooiste kleren aan en zijn helemaal opgemaakt. Schattig zien ze eruit. Je mag foto's maken, ze poseren echt voor je, glimlachen, maar ze verwachten wel een paar Bahts te krijgen. De naam van het dorpje is Maerim. De volwassen vrouwen weven ter plekke prachtige sjaals en kleden. Mannen zie je niet. Ook ontdekten we wat hoger op de berg enkele typische woonverblijven.
Het laatste deel van onze trip ging naar de Wat Phra That Doi Suthep. Deze tempel ligt hoog boven op de Doi Suthep, een berg van 1676 meter hoog. De weg er naar toe slingert via steile haarspeldbochten over de flanken van dit gebergte. Charlie, de driver moest flink schakelen om de wagen naar boven te krijgen. De tempel is in 1383 ingewijd. Als je via de lift boven komt weet je echt niet wat je ziet. Een bouwwerk zo mooi, zo zuiver, met verschillende buddha figuren in diverse houdingen. Je weet niet wat je overkomt. Voor het betreden van het allerheiligste moet je de schoenen uitdoen. Hier raak je bijna in devotie. Monniken in oranje gewaden, wierook, beeldjes, lotusbloemen. Biddende mensen met de lotusbloemen in de handen die ze daarna offeren. Het is bijna niet te omschrijven wat je op dat moment voelt. Na ruim een uur zijn we de 365 tellende treden van de trap naar beneden gelopen. Als je de trap in beide richtingen doet brengt dat volgens de overlevering geluk. Maar dit hadden wij reeds bekomen bij de Lucky Buhda in Bangkok.
Om half vier waren we in Awana-House terug......keimoe maar voldaan.
Zie een aardig You Tube filmpje van Chiang Mai op deze link.
http://www.thailandblog.nl/thailand-video/charming-chiang-mai-video/
Geen opmerkingen:
Een reactie posten